Een schelpsteek is eenvoudig: een combinatie van stokjes en een vaste tussenin. Je hoeft er niet echt bij te tellen, en haakt heerlijk snel weg. En het geeft ook nog eens een heel leuk resultaat!
In een video:
In een chart:
Zo maak je de schelpsteek:
De eerste rij
Zet een lossenketting op in een veelvoud van 6 + 2.
Haak 1 v in de 2de l vanaf de naald.
Sla de eerstvolgende 2 lossen over, en haak 5 stokjes in de volgende losse.
Sla dan opnieuw 2 lossen over, en haak 1 v in de volgende l.
Herhaal dit patroon tot aan het einde van de lossenketting: *sla 2 l over, 1 v, sla 2 l over, 5 st*.
Aan het eind heb je nu nog 3 lossen over. Haak nog 1 v in de laatste l.
De tweede rij
Je eindigde de vorige rij in een “dal”: een vaste. Daarbovenop moet nu een schelpje komen. Een heel schelpje zou teveel zijn, en je haakwerk zou niet recht worden. Daarom maken we aan de uiteinden van deze rij een half schelpje.
Haak 3 l. Deze tellen als eerste stokje.
Haak nog 2 stokjes in de eerste steek (de vaste waarmee je de vorige rij bent geëindigd).
Sla 2 steken over, en haak 1 v in de volgende steek. Dit is de middelste van de 5 stokjes die het schelpje in de vorige rij hebben gemaakt.
Sla opnieuw 2 steken over, en haak in de volgende steek 5 stokjes. Dit is in de vaste die je tussen 2 schelpjes hebt gemaakt in de vorige rij.
*Sla 2 steken over, 1 v in de volgende steek. Sla 2 steken over, 5 st in de volgende steek*, haak van * tot * tot aan het einde van de rij.
Sla 2 steken over. Haak 3 stokjes in de laatste vaste.
De derde rij
Deze rij start, in tegenstelling tot de vorige, op de top van een schelpje. We starten daarom dus met een vaste.
1 l, 1 v in de eerste steek.
Sla opnieuw 2 steken over, en haak 5 st in de volgende steek.
Herhaal ook nu weer tot aan het einde van de rij:
*Sla 2 steken over, 1 v in de volgende steek, sla 2 steken over, 5 st in de volgende steek*, haak van * tot * tot aan het einde van de rij.
Sla 2 steken over, en haak 1 v in de 3de l waarmee je de vorige rij bent gestart.
De volgende rijen
Herhaal nu telkens rij 2 en rij 3.