De rechte steek zorgt ervoor dat de laatste rand van de toer die je vastnaait nog zichtbaar is. Dat is mooi voor bijvoorbeeld vlekken of een neus.
Hij wordt ook wel “matrassteek” genoemd.
STAP 1: Kom van onder naar boven door de volgende steek van het aan te naaien deel. Trek de draad door.
STAP 2: Steek van boven naar onder in de volgende steek van het aan te naaien deel. Trek ook nu de draad weer door.
STAP 3: Steek in het andere deel van boven naar onder in, en kom er 1 steek naar opzij weer uit.
STAP 4: Trek voorzichtig aan tot het strak zit. Het moet strak genoeg zijn om het onderdeel goed vast te zetten, maar niet zo strak dat het gaat vervormen.
STAP 5: Herhaal vanaf stap 1.
Werk na het vastnaaien de draad weg.