Stekenmarkeerders, ik gebruik ze altijd en overal.
Als je je stekenmarkeerders niet, of niet voldoende, bij de hand hebt, dan zijn er een aantal alternatieven waarmee je toch je steek kan markeren.
Dit is wat je kan overwegen als je in de rats zit:
1. Een draadje
De meest gekende, en ik denk ook wel meest gebruikte manier, is om een meeloopdraadje te gebruiken. Zeker om het begin van je toer te markeren, is dit superhandig. Je kan immers het draadje toer na toer laten meelopen, en kan daarmee dus ook meerdere toeren terug.
Ook één steek markeren kan. Daarvoor gebruik je de smyrna techniek. Neem het draadje dubbel, steek het door of rond de steek, en steek dan de uiteinden van de draad weer terug door het lusje.
Zo’n draadje kan echter wel wat in de weg zitten, zeker als je met meerdere kleuren werkt of met een klein projectje (zoals een armpje) bezig bent. Draadjes met de smyrna techniek moeten lang genoeg zijn, anders kunnen ze loskomen!
+ werkt snel
+ meeloopdraadje over meerdere toeren
– zit gemakkelijk in de weg
– kan loskomen
2. De paperclip
Een paperclip kan je ook om je werk heen haken. Let dan wel op dat je eentje neemt die gecoat is, want als je -net als ik- weleens een project wat langer durft te laten liggen, dan heb je met de metalen versie het risico dat ze gaan roesten. En dat wil je niet op je draad.
Er bestaan manieren om je paperclip zo om te buigen dat ze wat beter blijven zitten, maar omdat je ze over je werk heen schuift, loop je het risico dat ze er ook weer afschuiven. En als er één ding is dat écht drama is, is een markeerder kwijtraken in je werk.
Daarnaast moet je ze over je werk heen draaien. De punt is ook niet glad, maar een recht metalen stukje. Het is daardoor wat lastiger om de 2 beentjes van de steek beet te pakken met je paperclip. Je kunt er dus minder nauwkeurig mee markeren.
Daarbovenop is al dat gedraai met metalen dingen aan je draad niet ideaal. Je loopt het risico, zeker wanneer het een kwetsbare draad is (zoals eentje met een glitter in, bijvoorbeeld), om de draad te splijten of te beschadigen.
+ heb je altijd in huis
+ kost weinig en bestaat in leuke kleurtjes
– niet altijd handig, zeker niet bij dikke of kwetsbare garens
– kan eraf schuiven
3. Een haakje of oorbel
Supermooi, en heel leuk om te personaliseren: haakjes. Denk maar aan het slotje van een oude armband, bijvoorbeeld. Het nadeel daarvan is, dat ze vrij klein zijn. Het werkt dus niet zo goed als je wat dikkere draad hebt. En het is een stuk meer gepriegel.
+ supermooi
+ leuk om te personaliseren en zelf te maken
– werkt niet zo handig (gepriegel)
– werkt niet voor dikke garens
4. Een veiligheidsspeld
Een veiligheidsspeld lijkt qua techniek het meest op de locking stitch marker. Een vastgezette speld kan niet meer loskomen, dus wat betreft zit je zeker veilig. Behalve dat ze vrij groot (lang) is en daardoor gemakkelijk in de weg zit bij kleine projecten, heeft ze nog 2 nadelen:
Ten eerste is ze van metaal, en is er dus gevaar op roest.
Ten tweede is ze véél scherper dan de kunststof stekenmarkeerder. Daarom heb je dus veel meer risico dat je de draad doorprikt en beschadigd als je ze gebruikt. En beschadigd garen, dat geeft rafeltjes, of -nog erger- een gebroken draad.
+ heb je altijd in huis
+ kost niet veel
+ kan niet los
– gevaar op roest
– scherp (voor jezelf en de draad)
– is vrij groot
Wat kies je nu het best?
Als je heel weinig haakt, of heel weinig de nood voelt om steken te markeren, dan kun je één van deze methoden prima gebruiken. Ze zijn niet perfect, maar doen wat ze moeten doen: de steek markeren.
Werk je veel met markeerders? Dan zou ik mezelf toch echt een setje goede stekenmarkeerders aanschaffen.
Goede stekenmarkeerders zijn veilig, blijven goed hangen, en zijn gemakkelijk in gebruik.
Kies voor haakwerk altijd voor locking stitch markers. Deze werken als een hangslotje. De ringen of gespleten ringen die ze soms ook als stekenmarkeerders verkopen, zijn bedoeld voor breien en voor haakwerk niet zo handig.
Wij werken zelf al jaren met de Clover locking stitch markers. Deze zijn – in tegenstelling tot andere merken of de merkloze varianten – ontzettend soepel en hebben dun genoeg om makkelijk onder of rond de steek te schuiven.